KAARTJES, KAARTJES EN NOG EENS KAARTJES……………..

In Wolvega heerste een zwaar regime van vermakelijkhedenbelasting. Op iedere gulden aan inkomsten (kaartjesverkoop bij een activiteit) moest een derde deel aan de gemeente Weststellingwerf worden betaald.

entreekaartjes

Ettelijke verzoeken om het NIVON daarvan vrij te stellen (afgestemd op jongeren met een krappe beurs, een vereniging die zowel culturele – als ontspanningactiviteiten organiseerde) waren aan dovemansoren gericht.

De reden was ook duidelijk. In Wolvega lag sportpark Lindenoord waarop de draf- en rensport maandelijks grote draverijen organiseerde. De recette aldaar werd ook met 33% belast en dat was een leuke binnenloper voor de gemeente.

Gelukkig lagen de entreeprijzen bij het NIVON laag. 300 kaartjes werden ingekocht, voor disco’s fl. 1,-- entree. Dat was dan 100 gulden vooruitbetaling aan de gemeente en voor 3 rollen van 100 kaartjes (de papierkosten) werd nog fl. 1,80 betaald. Overgehouden kaartjes konden weer bij de gemeente ingeleverd worden met restitutie van het bedrag. Geen bedragen waar we nu nog wakker van liggen. Maar toentertijd waren dat “redelijke” bedragen.

Op enig moment -bij het bestellen van kaartjes voor een activiteit- werd gevraagd of er geen kaartjes voor een andere activiteit (een disco) nodig waren. Nee dus. We financierden die  met inkomsten uit “reclamespots” en de bezoekers zouden deze avond gratis entree hebben.

Dat kon dus niet; de gemeente zou dan een aanslag opleggen over de vermeende ontvangsten van deze avond (…). Ter plekke is toen besloten 300 kaartjes van een cent te vragen (1 cent entree) en daarover belasting te betalen.